Goochelen met muntjes even en oneven
Je hebt een munt van 5 eurocent (een stuiver) en een munt van 20 eurocent (een kwintje) nodig.
Geef de twee munten aan de proefpersoon. Vraag de proefpersoon om het ene muntje in de linkerhand te doen en het andere in de rechterhand, maar jij (de goochelaar) mag niet weten in welke hand welke munt zit.
Laat de proefpersoon de waarde van het muntje in de linkerhand met 20 vermenigvuldigen en de waarde van het muntje in de rechterhand met 5. De proefpersoon moet deze twee getallen geheimhouden.
Laat de proefpersoon de twee getallen optellen en de uitkomst aan de goochelaar vertellen.
De goochelaar (jij dus) weet nu in welke hand welke munt zit!
Ra ra, hoe kan dat?
|