Tijd
Lessuggestie 1
Onderwerp |
maatkennis omtrent tijd
|
Groep
|
4-5-6-7-8
|
Benodigdheden |
stopwatch |
Samenvatting |
Wie weet hoe lang één minuut duurt? Welke strategieën kun je gebruiken om te bepalen hoe lang een minuut duurt?
|
Werkwijze
|
Leg de leerlingen in de gymzaal de volgende opdracht voor:
Je mag 1 minuut lopen op de manier die jij wilt. Als je denkt dat er 1 minuut om is, mag je gaan zitten in volgorde van binnenkomst. Bespreek tot slot de gebruikte strategieën na.
Dezelfde opdracht kan ook in de klas worden uitgevoerd:
Elke leerling zit met de ogen dicht en steekt zijn/haar vinger omhoog als het denkt dat de minuut voorbij is. De leerkracht probeert op te schrijven hoeveel seconden de leerlingen scoren. Herhaal het enkele keren om de leerlingen in de gelegenheid te stellen hun eigen resultaat te verbeteren.
|
Ervaringen met de activiteit in groep 5
Na 30 seconden gingen alle leerlingen zitten.
Veel leerlingen hebben hun passen geteld: 60 passen. Een pas is dus geen seconde! Anderen dachten dat ze moesten gaan zitten, omdat de rest al was neergestreken.
De resultaten varieerden van 0.49 tot 2.52. Eén leerling stopte precies op 1 minuut.
De jongen van precies 1 minuut heeft 6 x 10 geteld, met succes!
Drie leerlingen telden 2 x 30 om niet in de war te raken. Ze zaten er niet meer dan 20 seconden naast. Een meisje dat op 1.10 ging zitten, telde terug. Een jongen wist dat hij snel telde en heeft daarom tot 90 geteld. De resultaten zijn in de klas nabesproken en … we gaan het vaker doen!
© Lessuggestie aangedragen door Hinderijke Willemsen en René Smeele,
Praktijkproject voor Rekencoördinatoren, 2001
Lessuggestie 2
Onderwerp |
maatkennis omtrent tijd
|
Groep
|
4-5-6
|
Benodigdheden |
werkblad, stopwatch |
Samenvatting |
Wat kan je allemaal in 1 minuut doen?
|
Werkwijze
|
Laat de leerlingen opschrijven wat je allemaal in één minuut kan doen en bespreek het na. Ter controle kunnen suggesties van de leerlingen worden uitgeprobeerd.
|
Werkblad
Werkblad
Ervaringen met de activiteit
Voordat ik de leerlingen het werkblad liet maken heb ik ze een minuut voor zichzelf laten tellen. Na een minuut tellen moesten ze hun vinger opsteken en natuurlijk hield ik er mijn stopwatch bij.
Een greep uit de goede antwoorden:
- het raam opendoen;
- je jas pakken;
- broek aantrekken;
- handen wassen;
- naar de wc;
- iets opschrijven;
- wachten;
- de tafel van 2 en 3 opnoemen;
- etc.
Een greep uit de foute antwoorden:
- de hond uitlaten;
- vissen;
- een verhaal schrijven;
- kleren kopen;
- naar school gaan;
- etc.
© Lessuggestie aangedragen door Karin Koelma,
Praktijkproject voor Rekencoördinatoren, 2001
|