De computertaken van Eiland gaan over een eiland met drie torens waar je - door een bootje over de kaart te verplaatsen - als het ware omheen kunt varen. Als een kind op de verrekijker klikt geeft deze het beeld dat je vanaf dat punt op zee zou zien. Er is een spelversie in de vorm van een verhaal en een taak die bedoeld is om kinderen aan het denken te zetten over de meetkunde achter het spel.
klikken op dit plaatje start het spel . . . .
Een van de opdrachten is om uit te zoeken vanaf welke plek een bepaalde foto gemaakt is. De leerling kan dat doen door een plek te kiezen op de kaart en dan op een verrekijker te klikken. Hij ziet dan door de verrekijker wat je op het gekozen punt vanaf de boot zou zien. Door het bootje heen en weer te schuiven merken kinderen hoe het verrekijkerbeeld verandert met de positie van het schip. Het kunnen experimenteren met de positie van de boot heeft echter ook een nadeel. De kans bestaat dat wat de leerlingen doen alleen maar intuitief blijft. Vandaar dat later de verrekijker wordt weggehaald zodat leerlingen een vraag als "Vanaf welk punt is deze foto gemaakt?" uitsluitend via redeneren kunnen oplossen.
Van deze opdrachten leren kinderen het meest als ze met andere kinderen en de leerkracht praten over hun ervaringen. De antwoorden die leerlingen in hun schrift hebben geschreven bij de tweede taak bieden een goede basis voor zo'n gesprek.