Voor wie?
Samenvatting
Onderwerp |
meten, maten;
rekenen, schatten
|
Samenvatting | De opdracht begint met het schatten van het gewicht van de voorwerpen. Dat blijkt lang niet altijd eenvoudig, omdat ook subjectieve belevingen een rol spelen. Een krant voelt bijvoorbeeld heel anders aan dan een schaar, terwijl ze qua gewicht dicht bij elkaar kunnen zitten. Daarnaast moeten de leerlingen wel enige kennis hebben van gewichten om een reële schatting te kunnen doen. De ontwikkeling van maatgevoel is een belangrijk doel van deze opdracht. |
| Bedoeling
Bedoeling
De opdracht begint met het schatten van het gewicht van de voorwerpen. Dat blijkt lang niet altijd eenvoudig, omdat ook subjectieve belevingen een rol spelen. Een krant voelt bijvoorbeeld heel anders aan dan een schaar, terwijl ze qua gewicht dicht bij elkaar kunnen zitten. Daarnaast moeten de leerlingen wel enige kennis hebben van gewichten om een reële schatting te kunnen doen. De ontwikkeling van maatgevoel is een belangrijk doel van deze opdracht. Als de eerste voorwerpen zijn gewogen, kan dat gewicht bij de volgende schatting als uitgangspunt genomen worden. De schatting kan daardoor aanzienlijk worden verbeterd.
In principe kan gebruik gemaakt worden van de gewichtjes die bij de balans horen. Als de gewichtjes op zijn moet er echter iets anders bedacht worden. Kinderen bedenken daar creatieve oplossingen voor en gebruiken bijvoorbeeld de voorwerpen die ze al eerder gewogen hebben als gewicht. Het rekenwerk wordt daar wel wat lastiger door en zal veelal op een kladblaadje plaats moeten vinden. Een tweede aanpak die we bij kinderen hebben gezien is het gebruik van een maatbeker met water. Door de maatbeker met water te vullen tot de balans in evenwicht is en vervolgens de maatbeker zelf te wegen kan door middel van een eenvoudige optelsom het totaalgewicht worden bepaald. Overigens kan in plaats van water ook ander materiaal (bv. zand) worden gebruikt.
Dat er in de les druk wordt gemeten en gewogen staat buiten kijf. Daarnaast zijn de kinderen ook druk bezig met het samenstellen van getallen en zijn ze spelenderwijs aan het rekenen met ronde getallen (1 - 2- 5 - 10 - 20 - 50 - 100 - enz). Een belangrijk leerdoel, omdat ons geldstelsel - als de euro is ingevoerd - dezelfde waarden kent. Tenslotte wordt gewerkt aan de basisvaardigheden, als het verschil tussen het geschatte en het gemeten gewicht moet worden uitgerekend. Het ligt voor de hand om hier bijvoorbeeld een aanvulstrategie toe te passen.
Bediening
|